Cosmetica zijn in te delen naar de volgende productgroepen:
De gemiddelde Nederlander gebruikt ongeveer vijf cosmeticaproducten per dag. Denk aan zeep, tandpasta, deodorant, scheerschuim, haargel en make-up. Let wel, dit is het gemiddelde. Er zijn mensen die minder of juist meer gebruiken.
Dat is nog niet goed bekend. Meestal zijn het niet de producten die de klachten veroorzaken, maar bepaalde ingrediënten die er in zitten. Conserveringsmiddelen en geurstoffen bijvoorbeeld, lijken vaak klachten te veroorzaken. Om een beter beeld te krijgen van het aantal klachten en de soort klachten, is er een meldpunt in het leven geroepen: www.cosmeticaklachten.nl
Het begrip ‘hypoallergeen’ geeft aan dat de kans op allergische reacties klein is. De fabrikant beslist of deze term op het etiket komt. Vaak zijn er dan in het betreffende cosmeticaproduct grondstoffen gebruikt, waarvan kan worden aangenomen dat het risico op allergische reacties minimaal is. De fabrikant gaat er daarom in alle redelijkheid vanuit dat dergelijke reacties niet zullen optreden.
Garanties zijn er niet!
Ook een ‘hypoallergeen’ product kan allergische reacties oproepen bij iemand die daar gevoelig voor is. De term ‘hypoallergeen’ is niet wettelijk beschermd en kan uit commerciële overwegingen gebruikt worden.
Verschillende soorten klachten zijn mogelijk. De meest voorkomende reacties zijn huidreacties, zoals jeuk, roodheid, irritatie, branderig gevoel, schraalheid, plekjes,en schilferen. Soms ontstaan er bobbeltjes, blaasjes, zwellingen, pukkels, blaren, brandwonden, minder pigment (lichter worden van de huid) of meer pigment (donkerder worden van de huid). Andere, zeldzamere, reacties zijn: haaruitval, tranende ogen, misselijkheid, duizeligheid, benauwdheid, of ademhalingsmoeilijkheden.
Doen de klachten zich direct na gebruik van een cosmeticaproduct voor, dan is de kans groot dat dit door het gebruikte product komt. Ontstaan de klachten op een andere plaats op het lichaam of later, dan is het moeilijker te zeggen of dit door het product komt. Bij ernstige klachten is het belangrijk om naar de huisarts te gaan. Een dermatoloog kan eventueel een test uitvoeren om gevoeligheid voor allergieën vast te stellen.
Het is belangrijk om te weten welke ingrediënten de allergie veroorzaken en vervolgens cosmeticaproducten te kiezen waar die ingrediënten niet inzitten. Het etiket geeft daar informatie over. Weet u niet voor welke ingrediënten u gevoelig bent, dan kunt u dit laten testen door een huisarts of dermatoloog. Als is vastgesteld voor welke ingrediënten u gevoelig bent, kunt u via de dermatoloog bij de Nederlandse Cosmetica Vereniging (NCV) de allergiepas aanvragen. Op deze pas staat voor welke ingrediënten u gevoelig bent. U kunt deze pas meenemen naar de winkel en ter plekke bekijken welke producten deze ingrediënten niet bevatten.
Alle cosmeticaproducten die op de Nederlandse markt worden gebracht, moeten voldoen aan de Warenwet. Deze wet stelt fabrikanten van cosmeticaproducten verplicht een veiligheidsbeoordeling te doen. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) ziet erop toe dat producten op de Nederlandse markt aan de wettelijke eisen voldoen.
Nee. Producten met de termen ‘dermatologisch getest’ of ‘hypoallergeen’ bevatten vaak minder of geen ingrediënten die mogelijk gevoeligheidsreacties kunnen veroorzaken. Deze producten veroorzaken misschien minder snel overgevoeligheidsreacties, maar het is geen garantie. Sommige mensen zijn erg gevoelig voor bepaalde stoffen, of bouwen die gevoeligheid in de loop der tijd op.
De wet schrijft voor dat elke fabrikant in Nederland voor elk cosmeticaproduct een veiligheidsbeoordeling uitvoert. Deze beoordeling houdt in dat de fabrikant kijkt naar de veiligheid van elk ingrediënt (bestanddeel) van een cosmeticaproduct en naar de blootstelling (de mate waarmee de gebruiker ermee in aanraking komt) aan deze ingrediënten. Dat hangt af van hoeveel we opbrengen, hoe vaak, waar we het opbrengen en hoe lang het product blijft zitten. Hoe meer we opbrengen en hoe langer het blijft zitten, hoe groter de blootstelling. Bij de veiligheidsbeoordeling gaat de fabrikant uit van een ‘te verwachten gebruikspatroon’, dus hoeveel iemand bij gewoon gebruik zal gebruiken. Het is daarom belangrijk om op het etiket te kijken wat ‘normaal gebruik’ is. Cosmeticaproducten zijn niet oneindig houdbaar, net zoals voedingsmiddelen. Op het etiket geeft de fabrikant de uiterste houdbaarheidsdatum aan. Is deze datum verstreken, dan kan het zijn dat het cosmeticaproduct er niet meer goed uitziet, een vreemde geur heeft of niet meer veilig is. Alle cosmeticaproducten die op de Nederlandse markt worden gebracht, moeten voldoen aan de Warenwet. Fabrikanten van cosmetica zijn verplicht een veiligheidsbeoordeling te doen. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) ziet erop toe dat alle producten op de Nederlandse markt aan de wettelijke eisen voldoen.
De eisen waaraan cosmeticaproducten en ingrediënten (bestanddelen) in cosmetica moeten voldoen, zijn wettelijk vastgelegd in de Europese Cosmetica Richtlijn (76/768/EEG) en opgenomen in de Nederlandse Warenwet (Warenwetbesluit cosmetische producten, Warenwetregeling nadere eisen cosmetische producten en Geheimhoudingsregeling cosmetica). In deze regelgeving worden onder andere eisen gesteld aan de ingrediënten van cosmetica. In cosmetica mogen bijvoorbeeld geen ingrediënten worden gebruikt die kankerverwekkend kunnen zijn.
Nee. Het is in Nederland en heel Europa verboden om cosmeticaproducten op dieren te testen. Consumentenproducten moeten volgens de wet veilig zijn. Pas als de veiligheid ervan bewezen is, mogen ingrediënten worden gebruikt in consumentenproducten. De werkzaamheid van cosmetica, bijvoorbeeld de kleur van een lippenstift, wordt niet getest op dieren maar op menselijke vrijwilligers.
Beweringen op cosmeticaproducten als ‘niet getest op dieren’ zijn vaak nietszeggend. Ten eerste: cosmetica zijn niet getest op dieren. Dat geldt voor ieder cosmetisch eindproduct. Ten tweede zijn álle ingrediënten van consumentenproducten ooit, soms in een heel ver verleden, getest om de veiligheid te kunnen bepalen. De Europese Commissie heeft met de publicatie van de richtsnoer 2006/406/EG (L158/18) helderheid gegeven over het gebruik van de claim ‘niet getest op dieren’. De interpretatie van de voorwaarden is zo breed, dat het haast onmogelijk is voor cosmeticabedrijven om de claim te voeren. Bij de interpretatie wordt namelijk geen onderscheid gemaakt door wie of wanneer de dierproeven zijn uitgevoerd. Tevens mogen de verwerkte ingrediënten niet op dieren zijn getest. Hierbij moet de cosmeticafabrikant ook rekenschap te houden met tests die zijn uitgevoerd door toeleveranciers en anderen in de keten. Sinds 11 maart 2009 mogen in Europa ook de cosmetica-ingrediënten niet langer op dieren worden getest. Bovendien verbiedt de cosmeticawetgeving de verkoop van cosmetica op de Europese markt waarvan nog wel ingrediënten op dieren zijn getest.
Bepaalde parfumstoffen kunnen overgevoeligheidsreacties veroorzaken bij blootstelling aan zonlicht. Het is daarom af te raden parfum te dragen als we de zon opzoeken.
Alle stoffen bestaan uit moleculen. Dit betekent dat alle stoffen ‘chemische stoffen’ zijn. Uiteindelijk bestaat alles uit chemie, ook ons lichaam en onze omgeving. Er is geen leven zonder chemie. De ingrediënten waaruit cosmetica zijn samengesteld, kunnen synthetisch of natuurlijk van herkomst zijn. Kort samengevat zijn synthetische ingrediënten, stoffen die door de mens zijn gemaakt. Natuurlijke ingrediënten zijn afkomstig uit de natuur. Maar het onderscheid tussen deze twee is niet zo eenduidig als het lijkt. Natuurlijke ingrediënten zijn vaak bewerkt voordat ze worden gebruikt in cosmetica. Natuurlijke oppervlakteactieve stoffen worden bijvoorbeeld verkregen uit de verzeping van plantaardige oliën. Bij de productie van synthetische ingrediënten wordt, naast aardolie, vaak ook gebruik gemaakt van grondstoffen uit de natuur. Zo worden natuurlijke vetzuren gebruikt om synthetische oppervlakteactieve stoffen te produceren. De keuze tussen deze twee typen ingrediënten is van vele factoren afhankelijk als eigenschappen, kosten, maar ook productfilosofie. Het is niet zo dat het ene type ingrediënt principieel beter is dan het ander. Immers, melkzuur geproduceerd door de melkzuurbacterie (natuurlijk) is niet te onderscheiden van het melkzuur uit de fabriek (synthetisch).
De meeste verzorgingsproducten komen na gebruik via het afvalwater in de rioolwaterzuiveringsinstallaties terecht. Daar worden ze grotendeels verwijderd. Bij de keuze voor grondstoffen houden fabrikanten rekening met goede verwijderbaarheid uit rioolwaterzuiveringsinstallaties. Sommige stoffen worden minder goed verwijderd en komen in het oppervlaktewater terecht. De cosmetica-industrie stelt zich tot doel dat deze verontreiniging niet tot milieuproblemen mag leiden en tot een minimum te beperken.
Ja. Sinds 2007 is de nieuwe stofwetgeving REACh (1907-2006-EG) van kracht gegaan. REACh staat voor Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemische stoffen. Eén van de uitgangspunten van deze wet is dat voortaan alle bedrijven een veilig gebruik van chemische stoffen moet garanderen, zodat er minimale risico’s zijn voor mens en milieu bij de productie, import of het gebruik van stoffen. Om dit te bereiken moeten alle chemische stoffen geregistreerd worden. Tijdens deze registratie wordt uitvoerig gekeken naar de eigenschappen van de stof op mens en milieu en de blootstelling van de stoffen
Een cosmeticaproduct is samengesteld uit verschillende ingrediënten. Aan de ontwikkeling gaat vaak jaren van onderzoek vooraf. Bij de ontwikkeling staat naast de specifieke werking van het product, voor de fabrikant altijd de veiligheid voor mens en milieu voorop.
Op het gebied van milieu werkt de cosmetica-industrie aan de volgende punten:De cosmetica-industrie zet zich al geruime tijd in om de milieubelasting door verpakkingsmateriaal te verminderen. De industrie is aangesloten bij het Convenant Verpakkingen waarin het volgende is vastgelegd: de gebruikte hoeveelheid verpakkingsmateriaal moet worden teruggebracht en het toegepaste materiaal moet zo milieuvriendelijk mogelijk zijn. Per januari 2006 is het Convenant Verpakkingen vervangen door het Verpakkingsbesluit en de verpakkingsbelasting. Maatregelen die genomen worden om de milieubelasting te verminderen, zijn onder meer het gebruik van dunnere flessen, minder dik karton, een blister van papier of karton in plaats van kunststof. Daarnaast neemt het aantal voordeel- en navulverpakkingen sterk toe.
Sommige cosmeticaproducten bevatten ingrediënten op plantaardige basis. Als grondstof is dan geen aardolie gebruikt, maar plantaardig materiaal. Dit heeft als voordeel dat een grondstof is gebruikt die meestal niet opraakt. Maar vaak is niet bekend of de teelt van die plantaardige grondstof minder milieubelastend is, en hoe de grondstof verder industrieel bewerkt is. Hierdoor is moeilijk vast te stellen of plantaardige grondstoffen milieuvriendelijker zouden zijn (Milieucentraal). Er zijn in Nederland geen speciale wetten of regels voor natuurcosmetica.
faq
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen krijgt binnen onze onderneming optimale aandacht. We zijn kritisch op retourstromen en verpakkingsmaterialen.
certificates